Mondeling Presenteren: Introductie
De activiteiten in de eerste fasen van het maken van een
mondelinge presentatie komen grotendeels overeen
met de activiteiten die je verricht in de eerste fasen van het
schrijfproces voor een schriftelijke presentatie. Alles wat in de
rubriek Schriftelijk Presenteren staat over de
voorbereiding, de organisatie van de inhoud, een tekstplan en de
structurering van je verhaal, geldt ook voor mondelinge presentaties.
Er zijn echter ook belangrijke verschillen tussen mondelinge en
schriftelijke presentaties:
- Bij mondelinge presentaties sta je
bijvoorbeeld in direct contact met je publiek; je moet je publiek
m.a.w. op het moment zelf betrekken en betrokken houden. Als je
publiek de draad kwijt raakt kunnen ze niet even ‘terugbladeren’
om te kijken waar het ook al weer over ging. Om deze reden zullen
goede sprekers dan ook geregeld de lijn van hun verhaal weer even
naar voren halen, of zullen ze redundante informatie opnemen die in
schriftelijke verhalen als overbodig of dubbelop beschouwd zou
worden.
- Je kunt bij mondelinge presentaties extra
hulpmiddelen gebruiken om je verbale informatie te ondersteunen en je publiek
betrokken te houden. Je hebt andere mogelijkheden en meer kanalen ter
beschikking om je boodschap over te brengen. Het effectieve gebruik
van die (audio)visuele hulpmiddelen vergt overigens wel weer extra
kennis en kunde.
- Je zou als spreker in de meeste gevallen behoorlijk
vervelend gevonden worden, als je een schriftelijke verhaal gewoon
voor zou lezen. Je luisteraars zouden in slaap vallen, of je
tenminste te onpersoonlijk of ambtelijk vinden. Het verschil met
schriftelijk presenteren zit hem in dit geval in het taalgebruik dat
anders is voor mondelinge presentaties. Bij goede presentaties zijn
de zinnen korter, is de formulering actiever, het taalgebruik
beeldender en minder abstract. We hebben het dan over spreektaal in
plaats van schrijftaal.
- Een voordeel van mondelinge presentaties is dat je
onmiddellijk kunt reageren op je publiek: gaan mensen fronsen of
wazig uit hun ogen kijken, dan kun je er zeker van zijn dat ze iets
ingewikkeld of onduidelijk vinden. Je kunt daar dan onmiddellijk op
inspringen door iets te herhalen of uitgebreider uit te leggen. Het
contact met je publiek maakt het dus mogelijk, dat je direct kunt
checken wat je luisteraars van je verhaal vinden; een duidelijke
voorsprong op schrijvers van teksten, die slechts kunnen hopen dat ze
ooit terughoren wat de lezers van hun verhaal vonden.