Academische uitdrukkingen Academische uitdrukkingen

Theoretisch kader

Een belangrijk aspect van academisch schrijven is dat je duidelijk maakt welke kennis er over je onderwerp al aanwezig is en/of welke ideeën er al bestaan over de kwestie die je hebt onderzocht. Dat doe je vooral in paragrafen of hoofdstukken die titels hebben als 'Theoretisch kader', of 'Literatuuroverzicht'. Je bespreekt daarin op allerlei manieren eerdere publicaties in je vakgebied ('bronnen') over het onderwerp waarover je zelf iets schrijft. Daarbij kun je die publicaties neutraal samenvatten, maar het kan ook belangrijk zijn om die publicaties in een bepaald perspectief te zetten of kritisch te beoordelen.

Klik op de kopjes hieronder voor voorbeelden van uitdrukkingen en formuleringen die vaak gebruikt worden om voor de lezers duidelijk te maken wat er al bekend is over een bepaald onderwerp en hoe die kennis beoordeeld zou moeten worden (zie voor het uitdrukken van oordelen ook onder Algemene Taalfuncties).

Let op dat er in verschillende vakgebieden voor het verwijzen naar bronnen (bijvoorbeeld: "Brown, 2007") verschillende regels en verschillende notatiesystemen bestaan. In dit overzicht is er voor het gemak maar één gebruikt, je moet het notatiesysteem dus altijd aanpassen aan de regels die in je vakgebied gelden.

Voor het bespreken van literatuur is het gebruik van voltooid tegenwoordige tijd in algemene zin gebruikelijk ("Brown (2007) heeft onderzocht ..."). Ook is het mogelijk om onvoltooid verleden tijd te gebruiken ("Brown (2007) liet zien dat ..."). Als je wilt benadrukken dat bepaalde inzichten uit vroegere publicaties nog altijd belangrijk zijn, kun je de onvoltooid tegenwoordige tijd gebruiken ("Brown (2007) toont aan dat ..."). Raadpleeg ook hier mogelijke specifieke regels van je vakgebied.

  • Uit onderzoek van ... blijkt dat ...
  • Recente studies tonen aan dat ...
  • Onderzoek naar X toont aan dat ...
  • Veel onderzoekers veronderstellen dat ...
  • Eerder onderzoek heeft aangetoond dat ...
  • Uit onderzoek van ... naar X is gebleken dat ...
  • Deze studies richtten zich hoofdzakelijk op ...
  • In verschillende studies wordt beweerd dat ...
  • Veel van de huidige literatuur benadrukt de ...
  • Verschillende studies bevestigen deze resultaten.
  • Eerder onderzoek naar X heeft aangetoond dat ...
  • In de literatuur bestaan verschillende theorieën over ...
  • Er zijn enkele pogingen gedaan om inzicht te krijgen in ...
  • Diverse studies hebben het effect van X op Y onderzocht.
  • De veronderstelling dat ... wordt empirisch ondersteund.
  • Resultaten uit verschillende onderzoeken suggereren dat ...
  • Veel gepubliceerde onderzoeken beschrijven de rol van X bij Y.
  • In de literatuur over X zijn verschillende visies aan het licht gebracht.
  • Op het gebied van X hebben slechts enkele studies zich gericht op de rol van ...
  • Veel recente studies (bijvoorbeeld Smith, 2017; Jones, 2018) hebben aangetoond dat ...
  • Verschillende onderzoeken hebben een significante positieve/negatieve relatie tussen X en Y aangetoond.
  • Onderzoek naar X kent een lange geschiedenis.
  • Vroege voorbeelden van onderzoek naar X bestonden uit ...
  • De laatste jaren is er in toenemende mate literatuur gepubliceerd over ...
  • Gedurende lange tijd werd er weinig aandacht aan dit fenomeen besteed.
  • Rond begin jaren zestig begon kleinschalig onderzoek naar X op te komen.
  • De eerste serieuze discussies over X ontstonden in de jaren zeventig met ...
  • In de afgelopen 30 jaar is er veel meer informatie beschikbaar gekomen over ...
  • Het was pas in de jaren 60 dat de eerste onderzoeken naar X werden uitgevoerd.
  • Voorafgaand aan het werk van Smith (1983) was de rol van X grotendeels onbekend.
  • Het construct van X werd voor het eerst beschreven door Smith (1977) in zijn boek ...
  • In het afgelopen decennium heeft het meeste onderzoek naar X de nadruk gelegd op ...
  • Sinds het werk van Smith (2001) is het onderzoek naar X in een stroomversnelling is geraakt.
  • Onderzoek naar de factoren die verband houden met X heeft zich voorheen met name gericht op ...
  • In de afgelopen twee decennia hebben zich belangrijke veranderingen voorgedaan op het gebied van ...
  • Van X is gebleken dat ... (Alourfi, 2004).
  • Er bestaat een verband tussen ... (Jones, 2002).
  • Er is een eenduidige relatie tussen X en Y (Rao, 1998).
  • X is een bepalende factor voor Y (Smith, 2005; Jones, 2013).
  • X wordt aanzienlijk minder indien ... (Smith, 2000; Jones, 2006).
  • X lijkt positief gerelateerd te zijn aan zowel Y als Z (Smith, 2007).
  • X, Y en Z lijken nauw met elkaar verbonden te zijn (Smith, 2008).
  • Brown et al. (2018) zijn nagegaan of ...
  • Brown et al. (2018) hebben ... geanalyseerd.
  • Brown et al. (2018)hebben ... vergeleken.
  • Brown et al. (2018) hebben ... beoordeeld.
  • Brown et al. (2018) hebben ... geïnterviewd.
  • Brown et al. (2018) hebben ... geclassificeerd.
  • Brown et al. (2018) hebben ... geïdentificeerd.
  • Brown et al. (2018) hebben ... onderzocht.
  • Brown et al. (2018) hebben X gedefinieerd als ...
  • Brown et al. (2018) hebben drie factoren genoemd die ...
  • Brown et al. (2018) hebben onderscheid gemaakt tussen ...
  • Brown et al. (2018) gebruikten een enquête om ...
  • Brown et al. (2018) bestudeerden de effecten van ...
  • Brown et al. (2018) voerden een experiment uit ...
  • Brown et al. (2018) ondervroegen 150 respondenten ...
  • Brown et al. (2018) verrichtten een aantal onderzoeken om ...
  • Volgens Smith (2018) ...
  • Smith (2018) wijst op ...
  • Smith (2018) stelt dat ...
  • Smith (2018) ziet X als ...
  • Smith (2018) pleit voor ...
  • Smith (2018) benadrukt ...
  • Smith (2018) betoogt dat ...
  • Smith (2018) betwijfelt of ...
  • Smith (2018) beweert dat ...
  • Smith (2018) merkt op dat ...
  • Smith (2018) geeft aan dat ...
  • Smith (2018) suggereert dat ...
  • Smith (2018) concludeert dat ...
  • Smith (2018) beschouwt X als ...
  • Smith (2018) veronderstelt dat ...
  • Smith (2018) is van mening dat ...
  • Smith (2018) beargumenteert dat ...
  • Smith (2018) vestigt de aandacht op ...
  • Anderen hebben gewezen op ...
  • Ook Wang (2012) is van mening dat ...
  • Smith (2008) stelt X echter meer centraal.
  • Anders dan Smith beweert Jones (2013) dat ...
  • Evenals Smith (2011) vond Nicoladis (2006) dat ...
  • In tegenstelling tot Smith beweert Jones (2013) dat ...
  • Smith (1999) ondersteunt de mening van O'Brien (1998) en ...
  • Smith (2013) heeft een breder perspectief gekozen en stelt dat ...
  • Deze visie wordt ondersteund door Jones (2000), die schrijft dat ...
  • Omgekeerd rapporteerde Wang (2010) geen significant verschil in ...
  • Terwijl Smith (2008) zich meer richt op X, legt Jones (2011) de nadruk op ...
  • Andere onderzoekers (bijvoorbeeld Jones, 2003; Brown, 2004) betwijfelen het nut van ...
  • Alle besproken studies wijzen op de noodzaak van ...
  • De hierboven genoemde studies leveren bewijs voor ...
  • Al met al bieden deze studies belangrijke inzichten in de ...
  • Samenvattend ondersteunen deze studies het idee dat ...
  • Deze studies geven duidelijk aan dat er een relatie is tussen ...
  • Op basis van de besproken onderzoeken kan verondersteld worden dat ...
  • De resultaten uit de hiervoor besproken onderzoeken suggereren alle dat ...
  • Over het algemeen lijkt er genoeg bewijs te zijn om te veronderstellen dat ...
  • Toch blijven er verschillende aspecten van X waarover relatief weinig bekend is.
  • Alle studies die in deze paragraaf besproken zijn, ondersteunen de hypothese dat ...