Werkbank Academische vaardigheden


Startpagina > Schriftelijk presenteren > Structuur > Introductie

Structuur: introductie

Een goede structuur is essentieel voor elke tekst. Met een goede structuur maak je namelijk de organisatie van je verhaal duidelijk voor je lezers. Dat is zeker bij wetenschappelijke teksten geen overbodige luxe: de informatie die in wetenschappelijke teksten aan de orde komt, is meestal behoorlijk ingewikkeld en daardoor lastig te doorgronden. Als de presentatie van die informatie dan ook nog onduidelijk is, raken lezers de draad kwijt.

Daar komt nog iets bij. Lezers van een wetenschappelijke tekst moeten, als vakgenoten, zonder problemen in staat zijn om de waarde van een redenering of interpretatie te evalueren, en gegevens op hun juistheid te toetsen (zie de rubriek Wetenschappelijke tekst). Anders voldoet de tekst niet aan de normen die gelden voor 'wetenschappelijkheid'. De vormgeving van de wetenschappelijke inhoud moet dus zo inzichtelijk en helder mogelijk zijn, om zo de lezer maximale steun te geven bij het begrijpen en toetsen van dat wat er staat.

Belangrijke onderdelen van de structuur van een wetenschappelijke tekst zijn:

  1. de inleiding, met daarin de probleemstelling
  2. het middenstuk
  3. de conclusie, met daarin het antwoord op de probleemstelling

Een belangrijke rol in al deze structuuronderdelen speelt de alinea.

Overige pagina's in deze rubriek: Inleiding   Probleemstelling   Middenstuk   Conclusie   Discussie   Alinea